De joden van Tarnow

Van het rijke joodse verleden van Tarnow is na de Tweede Wereldoorlog nauwelijks meer iets te zien. Toch is Tarnow ook de stad waar een opmerkelijke liefdesgeschiedenis begint. We reisden via het bloemrijke Zalispie naar Tarnow met zijn gitzwarte geschiedenis. Daar stuiten we op een bijzondere liefde. Tussen een man en een vrouw. Een Joodse en een katholiek. Die in Auschwitz begint. Met een radiostilte van 39 jaar.

Polen – “Vlak voor we Tarnow bereiken, besluiten we nog even af te buigen naar het noorden. Naar Zalipie. De fotografe worstelt met de radio die plakkerige songfestivalliedjes speelt.

Zalipie

Er is niemand op weg naar Zalipie. Door flarden mist drijven we een onzichtbaar landschap in. Koeien, hun poten uitgeveegd door de nevel, lijken te zweven door de weilanden. Hier en daar liggen rijen pompoenen als gestrande boeien op de velden.

Ik probeer de namen uit te spreken van de plaatsen die worden aangeduid: Wierzchozlawice, Zbylitowska Góra, maar ik glij uit over de wirwar van medeklinkers.

pompoenen Polen

Polen

Wie het dorpje Zalipie – meer is het niet – googelt, krijgt een lief, wat scheefgezakt huisje in beeld. Zo’n huisje dat in makelaarstermen authentiek heet. Het witte hout en de helblauwe kozijnen doen eerder aan Noord-Afrika denken dan aan Polen.

Maar het zijn de versieringen die het terug in Oost-Europa plaatsen: grote boeketten oranje en roze bloemen bedekken onstuimig het wit, terwijl guirlandes van vergeet-me-nietjes de hoeken afdekken.

Felicja Curytowa

Het is Zalipies handelsmerk. Ooit besloot de bet-overgrootmoeder van Felicja Curytowa de staat van haar armoedige boerenwoning te verbloemen voor de buitenwereld.

Waarom ze ineens met kwasten van koeienhaar en verf van vet, haar woning, paardenstal, duiventil en hondenhok van bloemen voorzag, is niet duidelijk, maar plotseling verschenen overal onstuimige boeketten die zich in de loop van eeuwen tot de Zalipiestijl ontwikkelden.

Poolse puber

En dat wilden we zien. Maar de mist en ons gebrekkige Pools maken dat we vruchteloos door de velden dolen. Om het nog verder te bemoeilijken heeft Zalipie geen centrum waar je op aan kunt sturen. De jongen op de fiets komt dan ook als geroepen.

“Hi, we zijn op zoek naar dit huisje” zeg ik, terwijl ik de folder met de afbeelding buiten het autoraam houd. De jongen, een prachtexemplaar van de Poolse puber, lacht verlegen. “I am terribly sorry but I don’t speak English.”

Oma

We waren gewaarschuwd dat er in het zuidoosten van Polen nauwelijks Engels of Duits wordt gesproken. Tot onze verbazing spreekt iedereen voortreffelijk Engels alleen beweren ze zelf van niet, waardoor de gesprekken net zo goed moeizaam verlopen. Gelukkig is de jongen welwillend en wijzend op de folder richt hij zijn blik op de onzichtbare horizon: “Tam w oddali. Daar ergens in de verte.”

We blijken het al gepasseerd te zijn. Dat we ook kennismaken met het museumhuis van Felicija is de verdienste van een hele andere generatie. Die van oma. Gekleed in jeugdig roze met bijpassende hoofddoek fietst ze ons blikveld in “Kom” gebaart ze, “volg mij”. En zo staan we even later voor het huis van Felicja Curytowa.

Onderweg naar Zalipie

Jan des Bouvrie

Felicija is ongetwijfeld de grootste nachtmerrie van interieurontwerpers als Jan des Bouvrie. Haar liefde voor bloemen en haar angst voor wit ging zo ver dat ze ook binnen alles van bloemenpatronen voorzag: muren, vloeren, plafonds. Haar interieur is een duizelingwekkend boeket waarin met moeite een bed en een aanrecht te onderscheiden zijn van de bontgekleurde omgeving.

Nog duizelig van de bloemenoverdaad stappen we even later in de auto. Tijd voor Tarnow, een stadje ten oosten van Krakau. Tarnow was ooit een handelsstad gunstig gelegen tussen Krakau en het Oekraïense Lviv dat in een ander tijdperk bij Polen hoorde.

Tarnow

De Tarnowski- familie was er heer en meester. Toen de stad in de 14e eeuw door een brand verwoest werd, lieten zij het door Italiaanse bouwmeesters opnieuw in renaissance stijl optrekken. Het gevolg is dat wij eeuwen later op een prachtig Rynek – marktplein – staan in een stad die als bijnaam ‘Parel van de renaissance’ draagt.

Niets op het prachtige marktplein waar hippe Poolse twintigers aan expresso’s nippen, doet echter vermoeden dat er een duistere geschiedenis achter schuilgaat.

Het is dan ook niet de parel die ons naar Tarnow lokt maar de Tweede Wereldoorlog. Al sinds de eeuw van de grote brand kent de stad een joodse gemeenschap die zich destijds aan de oostkant van het marktplein vestigde. Vlak voor het uitbreken van de oorlog in 1939, telde die gemeenschap 25.000 zielen en vormde daarmee 40 procent van de bevolking. Na de oorlog is er niets meer van over.

Paus Johannes II

Pavel is de gids die ons joods Tarnow zal laten zien. Maar Pavel heeft een slechte dag. Zonder zich voor te stellen neemt hij ons mee het plein over naar de kathedraal. Bij een standbeeld van paus Johannes Paulus II houdt hij stil. De geliefde paus is de meest afgebeelde man van Polen zullen we weldra ontdekken.

De fotografe, geïrriteerd door zijn botheid, grijpt zijn hand, zwengelt eraan en stelt zichzelf voor. Dan pakt ze haar cameratas en maakt zich uit de voeten. Ik ben aan Pavel overgeleverd.

Tarnowski dynasty

De gids begint zijn verhandeling over de Tarnowskidynastie maar ik onderbreek hem. “Pavel luister, niet om het een of ander, maar ik wil graag de overblijfselen van de joodse geschiedenis van Tarnow zien.” “Dus niet de kerk?”, vraagt hij gekwetst. Iedereen wil de kerk zien. En de paus.” “Ik niet”, antwoordde ik. Hoeveel Polen ging ik deze reis nog voor het hoofd stoten?”

Met boze stappen beent Pavel naar een hoek van het plein en loopt dan de straat in die tot voor de oorlog door joden bewoond was en later de grens met het getto zou vormen. Tarnow was de eerste stad in Polen waar joden al in 1939 verplicht werden de jodenster te dragen. Tussen 1942 en 1944 werd de hele populatie doodgeschoten of op transport naar de vernietigingskampen gesteld.

Vernietigen van religieus gedachtegoed

Er is nog weinig dat aan de joodse gemeenschap herinnert. Op het Synagogenplein staan nog vier pilaren van de synagoge uit de 17e eeuw. De rest werd door de nazi’s met de grond gelijk gemaakt.

Toen de Afghaanse taliban in 2001 de Boeddhabeelden van Bamiyan verwoestte en IS in Syrië de Palmyrabeelden verwoestte, was de wereld in rep en roer.

Maar het vernietigen van religieus gedachtegoed is van alle tijden bedenk ik somber, terwijl ik naar de zuilen kijk.

Amerika

“Ik hou niet van mijn werk”, zegt Pavel plotseling terwijl we de stad uitlopen op weg naar de joodse begraafplaats. “Dat is duidelijk” zeg ik. “Waarom doe je het dan?” De gids zwijgt. Haalt zijn schouders op. “Mijn leven is een puinhoop. Heel mijn familie emigreerde naar Amerika. “Ik wilde ook, maar mijn vrouw niet.”

Er klinkt wrok in zijn stem. “Toen mijn familie vertrok, hadden we net verkering. Ik was verliefd dus ik bleef. “En nu?” Hij haalt opnieuw zijn schouders op. Ik weet niet of dat betekent dat hij niet meer verliefd is of dat hij niet meer naar Amerika gaat.

Joodse begraaplaats

Ook Georg heeft zijn dag niet al ligt dat niet aan zijn vrouw die een stukje verder onkruid wiedt. De joods begraafplaats van Tarnow dateert van 1580 en is daarmee een van de oudste van Polen. En de grootste.

Met zijn bandana en sigaret houd ik Georg aanvankelijk voor een Roma, maar Georg is een Russisch-orthodoxe Bulgaar die samen met zijn vrouw door de joodse gemeenschap is ingehuurd om de begraafplaats te onderhouden.

Gedetineerden

Ik weet niet wat ze hem betalen maar veel kan het niet zijn. De begraafplaats ligt er verwaarloosd bij. Georg ziet mijn blik. “Als je aan een kant klaar bent, kun je weer op nieuw beginnen, het is te groot voor twee mensen”, verontschuldigt hij zich.

“Ik krijg hulp van twee gedetineerden maar daar heb ik niks aan want die gasten zijn aartslui. Daarbij zijn die van vandaag niet op komen dagen.” “Niet op komen dagen? Het zijn toch gevangenen?” “Ja ze wilden liever binnen blijven, er is regen voorspeld.”

Nazi’s

“De begraafplaats had ooit een mooi toegangshek”, vertelt Georg. “Nee, het is niet verwoest door de nazi’s. Die hebben de hele begraafplaats over het hoofd gezien.” Verwaarlozing heeft zo zijn voordelen. “Het is verkocht of weggegeven”, dat weet Georg niet precies “aan het Washington Memorial Museum.”

Met Pavel loop ik terug richting stad voor het laatste en ook meteen het gruwelijkste overblijfsel. Naast de dubieuze eer de eerste stad te zijn geweest die de Jodenster had ingevoerd, heeft Tarnow nog een primeur op zijn naam staan:

Joodse begraafplaats Tarnow

Auschwitz

Het is de stad vanwaar het eerste transport naar Auschwitz vertrok op 14 juni 1940. Overigens, betrof het toen nog geen joden maar politieke gevangenen die opgesloten hadden gezeten in het joodse badhuis, de mikwe. Het badhuis in Moorse stijl staat er nog altijd, maar de huisvesting van een aantal discotheken in het pand hebben het volledig verramsjt.

Er tegenover, op het Plein van de Auschwitzgevangenen, staat een herinneringsmonument voor de eerste 728 mensen die op transport naar Auschwitz gingen.

Jerzy Bielecki

Een van die mensen was de Duits sprekende Jerzy Bielecki, een 19-jarige jongen die in 1940 wordt opgepakt als hij op weg is om zich bij het Poolse leger aan te sluiten. De nazi’s verdenken hem ervan een een verzetsman te zijn.

Shakespeares Romeo en Julia verbleekt vervolgens bij het verhaal van deze jongeman die alles wat een mens aan geluk en pech kan hebben in zich verenigt. Hij wordt ondergebracht in Auschwitz. Daar weet hij te jarenlang te overleven en ontmoet er in 1943 de joodse Cyla Cybulska, die in Auschwitz II was gedetineerd.

Ontsnapping Auschwitz

Hoewel mannen en vrouwen niet met elkaar mochten praten, vindt hij genoeg smoesjes om met enige regelmaat een paar woorden met haar te wisselen. Ze worden stapelverliefd en Jerzy treft voorbereidingen voor een gemeenschappelijke ontsnapping.

In een gestolen SS-uniform weet hij op 21 juni 1944 samen met Cyla te ontsnappen. Zij wordt in een boerderij in het dorp van zijn familie ondergebracht. Hij vertrekt naar Krakau waar hij onderduikt.

Sovjets

Als de Sovjets in januari 1945 Krakau binnenrollen, loopt hij dertig kilometer door de sneeuw naar de boerderij. Naar Cyla. Maar hij komt te laat. Cyla het wachten beu, heeft de hoop op gegeven hem ooit nog te zien. Ze denkt dat hij dood is of haar verlaten heeft.

Dus had ze de trein naar Warschau genomen. In die trein ontmoette ze een man met wie ze uiteindelijk trouwt en via Zweden naar New York vertrok. Via via verneemt ze dat Jerzy in de oorlog gesneuveld is.

Poolse televisie

Jerzy hoort later dat ze het land heeft verlaten en in Zweden is omgekomen. En dat was het dan. Negendertig jaar leven ze allebei in de veronderstelling dat de ander dood is.

Totdat… in mei 1983 Cyla haar verhaal vertelt aan een Poolse schoonmaakster. De schoonmaakster is verbaasd want dit verhaal heeft ze al eerder gehoord. Op de Poolse tv. Verteld door Jerzy. Ik probeer me voor te stellen wat Cyla gedacht moet hebben toen ze dat hoorde.

Zalipie

Auschwitz memorial

Nu ze weet dat hij nog in leven is, weet Cyla hem hem te traceren en negendertig jaar later vliegt ze naar Polen waar Jerzy haar opwacht met 39 rozen. Samen bezoeken ze het Auschwitz memorial en gedurende een paar jaar zien ze elkaar regelmatig.

Er bloeit opnieuw liefde op maar als Cyla, die inmiddels weduwe is, hem vraagt zich bij hem in de Verenigde Staten te voegen, vertelt Jerzy dat hij toch niet  zijn vrouw en kinderen kan achterlaten. Het is de laatste keer dat hij haar ziet. Zijn post komt vanaf dan ongeopend terug.

Rynek

Teruglopend van het memorial naar de Rynek, vraag ik Pavel wat voor een werk hij wel zou willen doen. “Brandweerman.” Brandweerman? Ik ken eerlijk gezegd alleen jongens van vier die dat willen worden, geen mannen van rond de veertig. “Kan toch nog altijd”, zeg ik. “Nee”, zegt hij bozig. “Nu is het te laat. Mijn leven is voorbij.”

“Het is nooit te laat”, zeg ik, denkend aan Jerzy en Cyla.

Tekst: Anneke de Bundel – Beeld: Nicole Franken

 

Share at:

2 reacties op “De joden van Tarnow

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Omdat je van verhalen houdt…

Omdat je wel wil lezen, maar niet steeds wil kijken of er al een nieuw verhaal is. Laat je e-mail achter en je krijgt een nieuw verhaal gewoon in je brievenbus.