Diamanten zijn voor de eeuwigheid in Antwerpen

Wist je dat een diamant voor 100 % uit samengeperst koolstof bestaat? En wij mensen uit 23%? Wat weten we eigenlijk van diamanten? Villager ging in Antwerpen, de stad waar ze al ruim vijfhonderd jaar diamant bewerken en verhandelen op onderzoek uit. Ze stuitte niet allen op de wereld van de blingbling, maar ook op biljartende joden en karma najagende Indiërs.

Antwerpen –  Een diamant is eigenlijk niet meer dan een hoeveelheid koolstof die onder hoge druk werd samengeperst.’ Het terloopse zinnetje, verscholen tussen een tekst over diamanten, speelt door mijn hoofd als ik door de Antwerpse diamantwijk loop. De wijk van de weelde, van het grote geld, van de blingbling. Niet dat ik veel diamanten zie, want het is sabbat en de rolluiken van de joodse juweliers zijn neergelaten.

Chassidische joden met ronde pelshoeden en vierkante schoudervullingen lopen alleen of met jongetjes aan de hand voor me. Op de Quinten Matsijslei, aan de rand van het Volkspark, drommen vrouwen met donkere pruiken, donkere jassen en donkere kinderwagens, rond de stoplichten. Er zit sneeuw in de lucht.

Mijn rode sjaal is ongepast vrolijk in een omgeving waaruit kleur is verbannen. Vanuit een ooghoek kijk ik naar de vrouwen in hun dunne jassen met pruiken op het hoofd. Hoewel de temperatuur om warme wol schreeuwt, zie ik slechts synthetisch materiaal. Mogelijk een gevolg van het verbod om stoffen te mengen. Wie zich in een wollen sjaal wikkelt, zal daaronder ook jas, een jurk en ondergoed van hetzelfde materiaal moeten dragen.

Joden en diamanten

Joden en diamanten. Ze vormen in Antwerpen al zo’n 500 jaar een verbond. Een wonderlijk verbond, al vind ik zelf, tussen een groep mensen die vasthoudt aan eeuwenoude religieuze tradities en een stuk geperst koolstof dat symbool staat voor status, macht en eeuwig durende liefde. Een koolstof die steeds weer omarmd wordt door nieuwe liefhebbers: van de verlovingsring van Maria van Bourgondië tot de blingbling van Michael Jackson of Kayne West.

Al ruim 570 jaar is Antwerpen één van de belangrijkste handelscentra voor ruwe en geslepen diamant. Tachtig procent van de ruwe diamant wereldwijd en vijftig procent van de geslepen diamant wordt verhandeld in Antwerpen. In Antwerpen “we speak diamond”, luidt de slogan dan ook.

Diamanthandel

Het oudste document dat over de Antwerpse diamanthandel, dateert van 1477, toen Portugese en Italiaanse handelaren diamanten uit India meebrachten. Al snel spelen de joden de hoofdrol in deze handel van geperst koolstof.

Niet dat joden zelf waarde hechten aan diamanten in hun rituelen of in hun spullen, maar het beroep van diamantslijper of verhandelaar is praktisch. Joden zijn van veel beroepen uitgesloten en voor een volk dat regelmatig op de vlucht moest slaan, zijn diamanten gemakkelijk mee te nemen.

Diva

Dat ik me in diamanten verdiep, is de schuld van Toerisme Vlaanderen. “Misschien kun je daar iets over schrijven”, hadden ze geopperd toen ik vroeg of ik nog een verhaal over Antwerpen kon meebrengen. “Het is immers hét diamantjaar en volgend jaar mei wordt het nieuwe diamant én zilvermuseum Diva geopend.”

Ik had beleefd de boot afgehouden. Ik heb niks met diamanten. “Maar”, beloofde ik, “mocht ik op diamanten stuiten, zal ik de verhalen meebrengen.” Ondertussen hoopte ik vurig tegen een ander onderwerp aan te lopen. In het Lindnerhotel, dat hoog boven de diamanten- en de jodenwijk uittorent, had ik mijn koffer neergezet en was vervolgens pontificaal de andere kant opgelopen.

Zurenborg

Niet richting restaurant Hoffy’s met zijn koosjere keuken, maar zuidwaarts naar de wijk Zurenborg. De wijk waar dichter en schrijver Herman de Coninck tot aan zijn dood woonde. Zurenborg doet aan Barcelona denken, aan de elegantie van Eixample gecombineerd met het hippe van Grácia. Al doen de straatnamen in de wijk hun uiterste best andere delen van de wereld te suggereren: Transvaal, Draakplaats, de Kleine Hondstraat en de Dageraadplaats.

Deze laatste is het hart van de wijk. Een prachtig plein. Een plein zoals een plein moet zijn. Met een kerk, cafeetjes, een bakker, restaurantjes, een snackbar en een hemel van ledlampjes. Geen toerist te zien. “Wonderlijk”, denk ik, “dat van al die mensen die vandaag in dat grote hotel wonen, er geen een hier verzeilt.” Een straat verder ligt de Draakplaats. Onder de bogen van de spoorweg hangt het gedicht Thuis van Herman de Coninck.

 

Dageraadplaats

Van hier loop je de Cogels-Oseylei op. Een verzameling villa’s die samen de hoogtijdagen uit belle époque vertegenwoordigen.

Jugendstil, art nouveau en neoclassicisme wonen knus naast elkaar. Het is een bijzonder stukje Antwerpen. De Conincks weduwe, schrijfster Kristien Hemmerechts, bewoont hier nog altijd een huis.

Ik besluit een biertje te drinken in het befaamde café Zeezicht op de Dageraadplaats, maar het bruine café is nog niet doorgedrongen tot de wereld van de betaalkaart. Een paar deuren verder bij Bar Salon, accepteren ze wel mijn pas en neem ik plaats in een diepe Chesterfield met uitzicht op het plein. Om me heen klinkt het verwachtingsvolle geroezemoes van de vroege zaterdagavond.

Restaurant Overzicht

Als de avond vordert en ik in de Chesterfield dreig te overnachten, verplaats ik me terug richting Zeezicht, waarboven restaurant Overzicht huist. Spontaan uit eten gaan in Antwerpen op zaterdagavond is een slecht plan, had ik al ondervonden. Na eerst een viertal favorieten gebeld te hebben en toen zonder succes een zestal restaurants te zijn binnengestapt, vreesde ik al dat ik het met Snackbar de Dageraad zou moeten stellen.

“Het maakt in Antwerpen niet uit op welke dag van de week je uit eten gaat, het is altijd vol”, had een Antwerpse vriendin eens verzucht. “Blijf toch eens thuis, kook toch eens zelf. Maar nee een Belg wil altijd op restaurant.”

Orthodoxe joden

In restaurant Overzicht was evenmin plaats, maar ik mocht na 21.00 uur terugkomen. Dan zullen ze me comfortfood serveren in de vorm van gekarameliseerde pastinaak met pompoenpuree en een vodka van cantharellen.

Als ik tegen middernacht mijn het hotel binnenwandel, is de bar gevuld met een tiental orthodoxe joden die biljart spelen. De witte tsietsietdraden die over hun broek hangen, schieten alle kanten op ieder keer dat ze de keu hanteren. De spodiks, ronde bontmutsen, liggen verspreid op de stoelen in de bar.

Antwerpse diamanthandel

Een van de mannen zegt me vriendelijk gedag. “Vieren jullie niet de sabbat?”, vraag ik met een blik op de biljartende mannen. “Tot zonsondergang, dus het is afgelopen.” Ze komen uit New York en zijn overgekomen voor een bruiloft in Antwerpen. De man accepteert een biertje  en vertelt over zijn baan in de gezondheidszorg. Nee zijn tak van de familie heeft nooit iets met diamanten te maken gehad.

Hier in Antwerpen ziet hij ook een verschuiving in de diamanthandel waar dagelijks voor meer dan 200 miljoen wordt verhandeld. De Jaïn, een Indiase geweldloze religieuze en filosofische groepering, neemt beetje bij beetje de plaats van de joden in. Al zijn de Jaïn meer in het slijpen dan het verhandelen geïnteresseerd. Dan gaat zijn mobiel. Het is 00.24 uur. “De rabijn wil me nog even spreken.” Hij zet zijn spodik op en verdwijnt in Antwerpse nacht.

De volgende morgen is Antwerpen bedekt met een dik pak sneeuw. In het Museum aan de Stroom (MAS) , verhaalt de tentoonstelling Schitterend Verlangen over de betekenis van de diamant. De diamant mag dan wel samengeperst koolstof zijn, maar, zo toont de expositie, het staat ook symbool voor menselijke verlangens.

Museum aan de Stroom

Je kunt er als koning je macht mee laten zien, als gelovige je devotie voor god tonen of je gevoelens uiten voor je geliefde. Keizerin Sisi komt voorbij, net als Audrey Hepburn, Madonna, maar ook de trouwring van Martin Luther of de ketting van Rubens vrouw.

En dan stuit ik op de Jaïns. Mijn joodse biljarter had gelijk. De Jaïns spelen een belangrijke rol in de diamanthandel in Antwerpen. Vanwege hun geweldloze opvattingen die alle levende wezens omvatten, mogen de Jaïns veel beroepen niet uitoefenen. De diamant echter is zuiver, net als de ziel. En net als een diamant kun je een ziel polijsten. Door je met het goede bezig te houden. “Door je met pure diamanten bezig te houden, bouw je karma op voor je volgende leven”, legt een juwelier uit.

Diamonds are forever”, zou Shirley Bassey samenvatten.

Tekst: Anneke de Bundel – Beeld: Shutterstock

Antwerpen praktisch:

Meer Antwerpen? Lees ook:

Wij lazen voor deze citytrip:

Share at:

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Omdat je van verhalen houdt…

Omdat je wel wil lezen, maar niet steeds wil kijken of er al een nieuw verhaal is. Laat je e-mail achter en je krijgt een nieuw verhaal gewoon in je brievenbus.